Wie geeft er nog om mij, voel mij zo verlaten,
De grote stad, met zoveel sjeitaan's, die praten,
Waar is die tijd gebleven, van voorheen,
Dat ik nog kwam, dagelijks in de Moskee.
Mijn vrienden, zijn er net zo aan toe, als mij,
Wij zijn het zelfde, ongehoorzaam in Allah's rij,
Maar wij geven elkaar niet, de steun als vrienden,
Ons Imaan is bij sjeitaan, er is geen echte liefde.
Voel mij zo verlaten, en ook alleen, in de grote stad,
Denk nog vaak terug, aan hoe het vroeger was,
Geef het Allah vaak op de schuld, van mijn bestaan,
Maar ik weet voor mijzelf, ik heb het mijzelf aangedaan.
Wil wel weer terug, naar hoe het vroeger was,
Maar sjeitan laat mij niet gaan, er is altijd wat,
Maar vanaf vandaag, zet ik toch de grote stap,
Allah leid mij, ik kom, ik ben het straatleven zat.
Ik voelde mij zo verlaten, maar het geluk is met mij,
Die grote stap, blijkt maar heel klein te zijn,
Heb Alhamdoelillah, de weg weer gevonden,
Ga nooit meer terug, naar hen die zondigen.
Nu weet ik, wat ik al die tijd heb gemist,
De liefde van Allah, maar het was nog niet gewist,
Voel mij niet meer verlaten, heb broeders om mij heen,
Ons Imaan delen wij, het straatleven, nimmer weer.
Broeders luister goed naar mij, voor jij je huis verlaat,
De straat is niets, enkel veel afgunst en haat,
Blijf bij je ouders, en leef zoals een Moslim moet doen,
Sta niet tegen hen op, maar zorg voor hen, dat voelt goed.